Hoe reisde men vroeger, zonder de gemakken van nu?

0

Sommige lezers van dit artikel kunnen een leven zonder smartphone niet meer voorstellen; voor anderen lijkt het slechts eventjes geleden dat de smartphone vele ongemakken weggenomen heeft. Ook voor reizigers hebben technologische ontwikkelingen, met name de komst van de smartphone, ervoor gezorgd dat het reizen vandaag de dag niet meer is, zoals jaren terug.
Kun jij je voorstellen dat je tijdens je reis slechts tientallen foto’s kon maken en niet tussendoor kon checken of de foto gelukt was. Of dat het opnemen van geld anders ging dan dat je nu gewend bent? Dan hebben we nog niet over de communicatie in het buitenland gesproken.

We spraken anderen die hier meer ervaring mee hebben dan wij en legden hen een aantal vragen voor. Het geeft leuke inzichten in hoe men vroeger moest reizen in vergelijking met hoe het nu kan.

‘Hoe kwam je vroeger aan geld in het buitenland?’

We spraken Martin van indenvreemde.nl: “Tijdens mijn eerste reis in 1995, zes weken backpacken door Indonesië, had ik travellercheques bij me. Dat zijn een soort waardepapieren die je in het buitenland bij een bank kon inwisselen voor geld. Ik ben wat dat betreft best voorzichtig en had eerder te veel geld dan te weinig geld bij me. Zo ook in Indonesië. Na een week in Indonesië kon ik al concluderen dat het nog goedkoper was dan ik dacht en dat ik best in wat duurdere hotels kon verblijven.”

Verstandig om meer waardecheques mee te nemen dan dat Martin vooraf ingecalculeerd had. Wat als het andersom is, te weinig geld? Daar maken wij ons tegenwoordig niet druk om. Je haalt dat kleine apparaatje uit je broekzak, opent je bank-app en binnen 1 minuut heb je geld van je spaarrekening naar je betaalrekening overgemaakt.

Maar zelfs een aantal jaren geleden ging dat anders. Evelyn van lonedrifters.nl maakte een wereldreis in 2007 en 2018 en merkte al duidelijk verschillen. Over het opnemen van geld en bankzaken vertelt ze het volgende: Ik pinde altijd van te voren het bedrag wat ik dacht nodig te hebben voor 1 à 2 weken. Financiële verrassingen had ik zeker, zo was ik mijn creditcard kwijtgeraakt en toen moest ik mijn moeder – die ik gemachtigd had – bellen, of zij mijn creditcard wou blokkeren. Geldzaken deed ik trouwens met een random reader in een internetcafé, lekker veilig.’ 

Met een andere app, zoals Google Translate, kun je je eigen taal in bijna iedere andere taal vertalen en vice versa. Tegenwoordig kun met die app zelfs menukaarten en andere teksten ‘scannen’. De camera scant de woorden en zet deze automatisch om naar de door jou gekozen taal. Jaren geleden was dit niet eens mogelijk en Engels wordt ook niet altijd overal gesproken. Hoe werd er dan toch met vreemden gecommuniceerd?


‘Hoe communiceerde je vroeger met locals, als er geen Engels gesproken werd?’

“In Indonesië had ik het geluk dat er ook een beetje Nederlands gesproken werd. Toen we een keer ergens in China iets wilde eten, maar waar geen Engelstalige menukaart voorhanden was, zijn we met de kok in de keuken gaan kijken. We kozen wat ingrediënten en hij maakte er voor ons een aantal heerlijke gerechten mee,” vertelt Martin.

Ook Evelyn praatte soms met handen en voeten, maar als dat in sommige gevallen niet lukte, gebruikte ze iets anders: Ik had nog wel zo’n Point it boekje mee, als er echt niks van terecht kwam. Dan wees je gewoon een plaatje aan.’


Met het thuisfront heb je in ieder geval géén taalbarrière. Maar een smartphone met internet was niet vanzelfsprekend, laat staan WhatsApp of Facetime.

“Voor 6 dollar per minuut kon ik telefoneren in speciale belwinkels. Later toen het internet opkwam, ging ik naar internetcafé’s. In een zweterig hok een mailtje typen op een plakkerig toetsenbord. Soms ging dat bij het verzenden nog mis, door slechte verbinding. Kon ik weer opnieuw beginnen.”

Wij zelf kunnen gebruikmaken van alle moderne communicatiemiddelen, maar doen het soms nog wel op de traditionele manier: ansichtkaarten versturen. Het blijft leuk om de mooiste of soms juist de lelijkste kaart uit te zoeken en hem vervolgens te halve wereld om te sturen. Het blijft ons verbazen dat een kaartje versturen vanuit de andere kant van de wereld slechts een fractie kost, dan een kaartje binnen Nederland zelf.

‘Hoe zocht je reisroutes uit en hoe kwam je van A naar B? Zowel in als buiten de stad.’ 

De Lonely Planet was je bijbel. Daar bepaalde je je route mee. Lokaal gebruikte je vaak reisbureautjes die busjes en tourtjes voor je konden regelen of je ging gewoon naar het lokale bus of treinstation om het zelf te regelen natuurlijk.

‘Had je alle hotels/guesthouses van te voren geboekt? Hoe ging dat in zijn werk? Of deed je alles op de bonnefooi?’

Martin deed vroeger alles op de bonnefooi. Eigenlijk gebeurt het tegenwoordig in veel gevallen niet heel veel anders, maar toch zijn er verschillen.

Zelf checken we van te voren op bijvoorbeeld Booking.com en kunnen we aan de hand van foto’s en beoordelingen goed inschatten of het iets voor ons is. Martin deed het enkel op de aanbevelingen uit de Lonely Planet:“In het vliegtuig op de heenweg kruiste ik wat leuke hotels aan in de Lonely Planet en na aankomst ging je met een taxi de hotels langs totdat je een leuk hotel had gevonden. Dit kon soms best even duren en meestal probeerde de taxichauffeur je ook naar het hotel te brengen waar hij commissie kreeg. Dan zeiden ze dat het hotel van je keuze was afgebrand, of failliet, of een ander creatief verzinsel.”

Hoe legde je alles vast? Hoeveel fotorolletjes nam je mee? En wat deed je daarna? Hoeveel foto’s mislukten en wat dacht je dan?

Mijn eigen ouders hadden voor hun huwelijksreis een nieuw fototoestel aangeschaft. Daar ging dan een fotorolletje in. Omdat het voor hen ook allemaal nieuw was, hadden ze dit in de winkel laten doen. Camera mee ingepakt en op huwelijksreis gegaan. Bij terugkomst vol spanning de foto’s laten ontwikkelen… Álles mislukt. Het film-rolletje was niet goed genoeg geplaatst. 

Het contrast in één afbeelding. De afgedrukte foto’s van vroeger en de verwisselbare lenzen van digitale camera’s van nu. Foto: pixabay.

Voor Martin is dit herkenbaar. Hij nam zelf ook altijd verschillende filmrolletjes van 36 foto’s mee als hij een maand wegbleef en was voor hem ook altijd een verrassing wat hij te zien kreeg:

“Het was altijd spannend of de foto’s gelukt waren of niet. Doordat je een beperkt aantal foto’s kon maken was je ook erg selectief met het maken van foto’s. Je nam geen risico’s en nam zeker geen 10 foto’s van hetzelfde onderwerp. Soms liet ik ze al op bestemming ontwikkelen en afdrukken, zodat je al wist wat er gelukt was en niet.”

Evelyn zat al weer een fase verder: de digitale camera. Maar Cloudopslag bestond nog niet, maar daar had zij haar eigen oplossing voor bedacht: Ik zette alle foto’s via zo’n winkeltje op cd’s. Ik had geen dubbele cd’s dus als de cd kapot ging was ik de sjaak.’ 

Met onze smartphone of camera maken we oneindig veel foto’s. Even snel checken of het gelukt is of niet. Mislukt? Geen probleem, we maken gewoon een nieuwe en deleten de mislukte.

Wil je ook het nostalgische gevoel van foto’s maken en afdrukken ervaren? Wegwerpcamera’s zijn nog steeds te koop, bij onder andere Kruidvat. Zelf hebben wij er ook eentje meegenomen en maken in ieder land waar we komen één foto.

Een ander leuk idee is de Polaroid fotocamera. Hiermee wordt je foto direct afgedrukt.
Bestel je Polaroid fotocamera bij Coolblue. Klik hier!

No comments